Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Haar profeten zijn lichtvaardig, gans [10]trouweloze mannen; haar priesters [11]verontreinigen het heilige, [12]zij doen der wet geweld aan. 10. Hebr. mannen der trouweloosheden, die God noch de mensen getrouw zijn. 11. Dat is, ontheiligen, of ontwijden het heiligdom, of hetgeen den Heere gehieligd en geofferd werd; of, zij prediken het woorde Gods niet oprecht en leggen het niet uit in zijn rechten zin. 12. Zie de aantekening bij Ezech.22:26; verg. Matth.23:16; Mark.7:9,10, enz.